Gepubliceerd:

24 september 2025

In dit artikel:

Tekst:

Fotografie:

10 vragen aan Nora over kansengelijkheid, inclusie en diversiteit

Labels. We plakken ze vaak onbewust op een ander. Daardoor zien we niet wie de persoon daarachter is. Hoe anderen ons zien, heeft meer invloed dan we willen. Nora Harrachi: “Door ons hiervan bewust te zijn, kunnen we voorbij labels en verwachtingen kijken en groeien.” Nora, geboren en getogen in Nijmegen, werkt als docent bij de Internationale Schakelklas (ISK) in Zutphen. Ze zet zich in voor kansengelijkheid, inclusie en diversiteit. In het onderwijs en met haar sportkledingmerk NIYA.

Wanneer wist je: ik wil me inzetten voor kansengelijkheid, inclusie en diversiteit?
“Dat was toen ik als docent overstapte van het basisonderwijs naar het mbo. Op ROC Nijmegen kwam ik studenten tegen die ik eerder op de basisschool lesgaf. De verandering in hun houding raakte me. De hoop en dromen die zij in groep acht hadden, waren verdwenen. Ze zaten vast in een box met labels en vooroordelen. Dat motiveerde mij om me in te zetten voor hun kansen. Want ze verdienen én kunnen zoveel meer.”

Hoe maak je kansengelijkheid, inclusie en diversiteit bespreekbaar?
“Ik investeer in een sterke relatie met studenten en collega’s. Ook verzamel ik mensen om me heen die net als ik opstaan voor gelijke kansen. Want me hiervoor inzetten kost veel energie. Dat houd ik alleen niet vol. Als docent praat ik regelmatig met onderwijsbestuurders. Zoals laatst over de regel dat nieuwkomers Nederlands moeten spreken op de ISK. Vanuit onderwijsperspectief begrijp ik dat. Maar op identiteitsniveau is taal een groot deel van wie je bent. Dit soort lastige kwesties bespreek ik daarom op beleidsniveau en onderbouw ik altijd met wetenschappelijk onderzoek.”

Jij laat dus je stem horen als docent, maar ook in je spoken word. Wat wil je hierin meegeven?
“Ik worstelde met mijn gedachten en gevoelens over kansengelijkheid. Wat wilde ik zeggen? Vanuit die innerlijke strijd schreef Luus Malbons mijn spoken word. Ik vind het mooi als mensen delen welke zin hen het meest raakt. Want dat laat zien dat iedereen vanuit een eigen perspectief naar dit onderwerp kijkt. Een situatie kan voor mij iets anders betekenen dan voor de ander. Wat ik in mijn spoken word in elk geval meegeef, is dat kansengelijkheid verder gaat dan een plaats aan de tafel. Kansengelijkheid gaat over de vanzelfsprekendheid, waarmee je jouw eigen stoel kiest. Aan elke willekeurige tafel.”

Merk je dat veel mensen dat gesprek lastig vinden?
“Ja, meestal wel. In het onderwijs werken mensen met een goed hart. Ze zetten zich met de beste intenties in voor leerlingen en studenten. Dan is het lastig om feedback te geven op iets wat ze zeggen of doen. Bijvoorbeeld als een docent steeds opnieuw benoemt dat de naam van een leerling zo lastig is. Terwijl je naam een belangrijk deel is van je identiteit. In zulke situaties overweeg ik: staat de collega open voor mijn feedback? En hoe kaart ik dit onderwerp het beste aan?”

“Na een goed gesprek denk ik: mooi, dit onderwerp krijgt een plek op de agenda. Maar door andere prioriteiten en gebrek aan tijd schuift zo’n thema vaak weer naar de achtergrond. Verandering vraagt veel geduld en doorzettingsvermogen. Maar als oud-studenten vertellen hoe mijn inzet bijdroeg aan hun succes, weet ik waar ik het voor doe.”

Nora-Harrachi
Nora-Harrachi

“Kansengelijkheid gaat over de vanzelfsprekendheid, waarmee je jouw eigen stoel kiest. Aan elke willekeurige tafel.”

Wat doen kansengelijkheid, diversiteit en inclusie persoonlijk met jou?
“De uitdagingen binnen deze thema’s raken me, omdat ze terugkomen in mijn eigen leven. Als basisschoolleerling kreeg ik een laag opleidingsadvies. Op dat moment vond ik daar niet zoveel van. Pas later zag ik dat dit advies invloed had op mijn zelfbeeld en kansen in de maatschappij. Nadat ik stopte als docent bij het ROC Nijmegen, nam ik anderhalf jaar sabbatical. Die tijd had ik echt nodig om te reflecteren op mijn proces. Wat doen discriminatie en microagressie met mij? En wat is mijn rol binnen dit soort thema’s? Mijn doel is in elk geval een positief verschil maken voor de volgende generaties.”

Hoe ziet microagressie in het onderwijs eruit?
“Bij ISK werk ik met nieuwkomers die in een asielzoekerscentrum wonen. Zij zijn minderjarig en wonen daar vaak zonder volwassenen. In de ochtend staat er niemand naast hun bed die zegt dat ze naar school moeten. Sommige leerlingen komen daardoor te laat in de les. Als je dat afstraft, houd je geen rekening met de persoonlijke situatie van die leerling. Zeg daarom liever: ‘Wat goed dat je er bent. Probeer morgen iets eerder te komen.’ Zelf ervaar ik ook vormen van microagressie, zoals de verbaasde vraag: sport jij? Of de opmerking: wat spreek je goed Nederlands! Het zijn vaak subtiele uitingen van verborgen vooroordelen.”

Zit de oplossing dan ook in de subtiele veranderingen?
“Absoluut. Een blik of achteloze opmerking kan ervoor zorgen dat je in een box blijft en je onbegrepen voelt. Kleine aanpassingen daarin kunnen het verschil maken. En iemand een positief zelfbeeld geven. Mijn advies: probeer te kijken naar wat studenten wél doen. Heb oog voor hun potentie en de verschillen in culturen en achtergronden. Veranderingen binnen dit thema zie je niet meteen. Dat is echt een proces van lange adem.”

“Met NIYA laat ik zien
dat je kan zijn wie je bent.”

Hoe bereiken we blijvende verandering?
“Natuurlijk is het bespreekbaar maken van bijvoorbeeld kansengelijkheid één ding. Vanuit je rol als docent of in privésituaties. Maar uiteindelijk moeten veranderingen ook op bestuursniveau plaatsvinden. Bijvoorbeeld door kansengelijkheid, inclusie en diversiteit op te nemen in de visie en missie van een organisatie. Vervolgens heb je op verschillende lagen in de organisatie mensen nodig die zorgen dat iedereen deze waarden naleeft. Maar we kunnen verandering niet alleen op het bord van scholen leggen. Ook binnen bedrijven en op andere plekken in de maatschappij moet daar aandacht voor zijn.”

Wat laat je zien met jouw kledingmerk NIYA?
“Elke week speel ik zaalvoetbal met een groep vrouwen. Als ik sport, wil ik me kleden op een manier die ik fijn vind. Ik wil zijn wie ik ben, zonder me ongemakkelijk te voelen. Met NIYA bied ik sport- en vrijetijdskleding voor de sportieve Islamitische vrouw. Hiermee wil ik laten zien dat je kan zijn wie je bent. Je kunt een hoofddoek dragen, vrouw zijn én sporten. Voelen mensen zich ongemakkelijk bij de kleding die je draagt? Dan moeten zij aan die houding werken, niet jij.”

Wat is jouw boodschap aan BEP-lezers?
“Lees en leer meer over kansengelijkheid, inclusie en diversiteit. Over deze thema’s is zoveel geschreven. Door je hier meer in te verdiepen, kun je deze thema’s bespreekbaar maken. In privésituaties en op de werkvloer. Mensen vinden deze thema’s vaak lastig. Ze zijn bang om fouten te maken of te discrimineren. Maar het is niet lastig en fouten maken is oké. Ook ik denk na een gesprek regelmatig: dat heb ik echt niet goed aangepakt. Op zo’n moment bied ik eerlijk mijn excuses aan. Houd jezelf een spiegel voor en durf te leren.”