Gepubliceerd:
In dit artikel:
Tekst:
Fotografie:
Lara is kleiner van stuk, maar levert grootse prestaties als topatleet
Topsporter Lara Baars heeft bij de Paralympische Spelen goud gehaald bij het kogelstoten. Een prestatie waar ze negen jaar naartoe heeft gewerkt. Voor deze sport moet je snel, technisch en sterk zijn. En dát is ze. En o ja, ze is met haar 1 meter 24 ook kleiner van stuk.
Op Instagram postte je dat je de allermooiste baan in de wereld hebt?
“Dat klopt. Dat vind ik ook echt. Als topsporter ben je élke dag bezig om het beste uit jezelf te halen. Hoe kan ik sneller, technischer en sterker worden? Dat is superuitdagend én leuk. Het is geen 9-tot-5-baan, je bent er 24 uur per dag mee bezig. Je moet namelijk over álles nadenken. Hoeveel uur slaap heb ik nodig? Welke voeding heb ik nodig? Kan ik naar die verjaardag? Ik moet best veel laten. En toch kies ik voor overtuiging voor dit leven. Dat moet ook wel als je als topsporter iets wil bereiken.”
Ben je echt élke dag gemotiveerd?
“Nee hoor, er zijn ook dagen dat ik geen zin heb. Soms lig ik zelfs huilend op de bank. Als topsporter moet je altijd bewuste keuzes maken: op tijd naar bed, gezond eten, weinig tijd voor vrienden en familie. Dat is soms lastig. Ik laad me weer op door een aflevering van Friends te kijken, door te bellen met vrienden of familie of door kleding te vermaken. En soms helpt een goede reep chocolade ook tegen een baaldag trouwens! Maar ik weet waar ik het voor doe. Als je dan op een grote wedstrijd een persoonlijk record verbetert, of die gouden plak pakt!… Dan komt alles samen en weet je: ‘Hier heb ik het voor gedaan!’”


“Het is ooit ergens besloten dat mijn klasse alleen aan kogelstoten en discuswerpen mag doen”
Hoe ben je in de kogelstootsport terechtgekomen?
“Ik kom uit een heel sportieve familie. Ik deed aan handbal, maar was ook geïnteresseerd in atletiek. Ik ben van nature heel snel, heel explosief. Sprinten leek me wel wat. Daarom ging ik naar een talentdag voor atletiek. Daar ontdekte ik eigenlijk bij toeval het kogelstoten. Elke beperking heeft in de atletiek een eigen klasse. Ik zit in de klasse F40. Dat is de klasse voor mensen tot 1.25 meter. Het is ooit ergens besloten dat deze klasse alleen aan kogelstoten en discuswerpen mag doen. Tja. Wilde ik topsportatleet worden, dan moest het in een van deze twee sporten gebeuren.”
Hoe vond je dat?
“Ik maak graag mijn eigen keuzes, dus dat was even lastig. Ik vroeg me af of ik kogelstoten überhaupt wel leuk vond. En ik dacht toen ook nog dat kogelstoten alleen voor heel flinke vrouwen was. En zo zag ik mezelf niet. Maar wat bleek: voor kogelstoten moet je sterk, technisch en snel zijn. En dat past perfect bij mij. Al snel werd duidelijk dat ik aanleg had. Dat is nu 9 jaar geleden.”


“Atletiek heeft me zelfverzekerd gemaakt”
Je bent zelfs verhuisd om je kansen als topsporter te vergroten?
“Ja, na 7 jaar op Papendal te hebben getraind, ben ik naar Stuttgart verhuisd. Geen makkelijke keuze omdat ik nu op 5 uur rijden van mijn familie zit. Maar ik wist: wil ik die gouden plak halen, dan is dit wel de júiste keuze. Ik heb namelijk nu een trainer die veel ervaring heeft met het begeleiden van kogelstoters in mijn klasse. Het was mijn droom om goud te halen op de Paralympische Spelen! En dat is me gelukt op 7 september!”
Was dat een verrassing voor je?
“Ik wist van tevoren dat mijn papieren goed waren. Ik had in mei het wereldrecord verbeterd en ik voelde me goed voorbereid. Maar een wedstrijd is altijd een momentopname. Je kunt je dag niet hebben, of je tegenstanders hebben juist een heel goede dag. Je mag er nooit vanuit gaan dat het gaat lukken.”
Hoe ziet jouw dag er gemiddeld uit?
“Allereerst zorg ik ervoor dat ik altijd genoeg slaap. Het liefst zo’n acht tot negen uur. Na een gezond ontbijt ga ik trainen. Eerst een warming up van ruim drie kwartier, dan drie kwartier stoten en daarna nog krachttraining. In totaal zo’n vier uur. In de zomer train ik minder, want dan heb ik meer wedstrijden. En uitrusten is ook belangrijk. Verder woon ik op mezelf, dus ik ben ook bezig met boodschappen, schoonmaken, koken. Ik regel al mijn zaken zelf. Een opgeruimd huis geeft rust.”
Krijg je ook te maken met mensen die minder aardig reageren?
“Natuurlijk word ik weleens aangestaard, of maakt iemand een lelijke opmerking. Maar dat kan ik inmiddels goed van me laten afglijden. Ik vind het wél vervelend als mensen me als een klein kind behandelen. Maar dat zijn gelukkig uitzonderingen. In Stuttgart ga ik veel op pad met andere atleten van dezelfde lengte en dat levert vaak heel leuke ontmoetingen op. Mensen zijn echt geïnteresseerd in mijn prestaties als atlete. Dat merk ik ook als ik in Groesbeek bij mijn ouders ben. Ik word vaak aangesproken.”
En? Denk je al aan een leven na je topsportcarrière?
“Die vraag krijg ik de laatste tijd wel vaker. Als paralympisch sporter kun je na je carrière niet met pensioen. Daarom heb ik na mijn studie Marketing en Communicatie altijd een paar uur in de week gewerkt. Het geeft afleiding en ik houd mijn maatschappelijke carrière warm, al is het op een laag pitje. Maar zolang mijn lichaam het aankan, wil ik doorgaan met mijn sport. Vooralsnog heb ik nog geen plannen om te stoppen met kogelstoten!”
Een greep uit Lara’s prijzenkast
• Brons bij haar eerste Paralympische Spelen in 2016.
• Derde op het WK in 2024.
• Wereldrecord met 4 centimeter verbeterd in mei 2024: in het Duitse Hechingen stootte ze 9.25 meter!
• Goud op de Paralympische Spelen in 2024! Met 9.10 meter stootte ze een nieuw Paralympisch record.